Bron: Kynethologie (inleiding over inteelt, lijnteelt en een outcross)
Inteelt
De definitie van inteelt is het doen paren van twee individuen, in dit geval honden, die nauw aan elkaar verwant zijn: vader dochter, broer zuster, moeder zoon of halfbroer halfzuster. Bij paring van bloedverwanten in de eerste graad spreekt men ook van incestteelt. Inteelt is de meest vlugge manier om uniformiteit vast te leggen, omdat het een concentratie van genen geeft en omdat, als men er mee doorgaat, alle hieruit geboren honden dezelfde genetische constructie zullen hebben. Soms kan het type in één generatie van inteelt worden vastgelegd. Soms worden broer en zuster gepaard als de combinatie van de reu en de teef in kwestie bijzonder veel succes heeft. Als men een dochter aan de vader paart wordt het "bloed" van de vader geconcentreerd. Als men de eigenschappen van de moederhond wil vastleggen, dan wordt de moeder met de zoon gekruist of met een halfbroer of zuster, die dezelfde moeder heeft.
Ofschoon ieder denkbaar defect ten onrechte in verband wordt gebracht met inteelt, is het zo dat inteelt geen problemen veroorzaakt, als het met zorg wordt gedaan. Inteelt concentreert (vermenigvuldigt als het ware) eigenschappen die al aanwezig waren, en inteelt brengt verborgen eigenschappen (= recessief aanwezig) aan de oppervlakte. Dit kan uit de aard der zaak wenselijk of onwenselijk zijn. Daarom heeft inteelt alleen succes als exemplaren van het ras met voortreffelijke eigenschappen en met weinig of geen recessieve genen voor serieuze fouten worden gebruikt. Er moet dus een strenge selectie plaats vinden op gezondheid, immuniteit, karakter en positief gewenste eigenschappen van een gebruikshond. Als men goed met inteelt omgaat, is het een manier om het bloed van een uitzonderlijke hond vast te leggen en zo invloed te hebben op een gehele lijn. Een hond die voortkomt uit een echt juiste inteelt, kan grote invloed hebben. Hij zal redelijk zuiver de hoedanigheden die hij duidelijk vertoont vererven en zal ze daarom ook vrij constant doorgeven.
Dit geldt nog sterker voor een hond, die voortkomt uit twee generaties inteelt of uit een combinatie van honden, die voorouders hebben uit lijnteelt of uit dezelfde lijn, waarbij een minimum aan outcross (uitteelt) met de voorouders is gedaan.
De definitie van inteelt is het doen paren van twee individuen, in dit geval honden, die nauw aan elkaar verwant zijn: vader dochter, broer zuster, moeder zoon of halfbroer halfzuster. Bij paring van bloedverwanten in de eerste graad spreekt men ook van incestteelt. Inteelt is de meest vlugge manier om uniformiteit vast te leggen, omdat het een concentratie van genen geeft en omdat, als men er mee doorgaat, alle hieruit geboren honden dezelfde genetische constructie zullen hebben. Soms kan het type in één generatie van inteelt worden vastgelegd. Soms worden broer en zuster gepaard als de combinatie van de reu en de teef in kwestie bijzonder veel succes heeft. Als men een dochter aan de vader paart wordt het "bloed" van de vader geconcentreerd. Als men de eigenschappen van de moederhond wil vastleggen, dan wordt de moeder met de zoon gekruist of met een halfbroer of zuster, die dezelfde moeder heeft.
Ofschoon ieder denkbaar defect ten onrechte in verband wordt gebracht met inteelt, is het zo dat inteelt geen problemen veroorzaakt, als het met zorg wordt gedaan. Inteelt concentreert (vermenigvuldigt als het ware) eigenschappen die al aanwezig waren, en inteelt brengt verborgen eigenschappen (= recessief aanwezig) aan de oppervlakte. Dit kan uit de aard der zaak wenselijk of onwenselijk zijn. Daarom heeft inteelt alleen succes als exemplaren van het ras met voortreffelijke eigenschappen en met weinig of geen recessieve genen voor serieuze fouten worden gebruikt. Er moet dus een strenge selectie plaats vinden op gezondheid, immuniteit, karakter en positief gewenste eigenschappen van een gebruikshond. Als men goed met inteelt omgaat, is het een manier om het bloed van een uitzonderlijke hond vast te leggen en zo invloed te hebben op een gehele lijn. Een hond die voortkomt uit een echt juiste inteelt, kan grote invloed hebben. Hij zal redelijk zuiver de hoedanigheden die hij duidelijk vertoont vererven en zal ze daarom ook vrij constant doorgeven.
Dit geldt nog sterker voor een hond, die voortkomt uit twee generaties inteelt of uit een combinatie van honden, die voorouders hebben uit lijnteelt of uit dezelfde lijn, waarbij een minimum aan outcross (uitteelt) met de voorouders is gedaan.